Vinkega pakt aan

Ruim tachtig gezinnen uit het Friese Vinkega kochten de kerk in hun woonplaats en verwierven enkele jaren ook de begraafplaats. Sinds 2016 kan daar weer begraven worden. De sociale cohesie van het dorp is erop vooruit gegaan.

Vinkega pakt aan

© Koos Dubbelman

In 2010 kochten ruim tachtig gezinnen uit het Friese Vinkega de kerk in hun woonplaats voor € 36.500,-. De begraafplaats was niet bij de koop inbegrepen, die werd pas later verworven. Of beter gezegd: geschonken, met geld toe. Vanaf 2016 kan er weer begraven worden. Twee bestuursleden van Stichting Behoud Finckegae vertellen.

We zitten aan een lange tafel in de kleine kerk, kleedje, bosje bloemen. Onze woorden echoën vrijelijk rond, zoals lange tijd de preken hier hebben rondgezongen. Jeannette van Veen-Geurtsen en Hennie Bos vertellen met passie over de lange weg van 2006 tot nu: vijftien jaar hard werken om het kerkje van Vinkega en de omliggende begraafplaats te behouden. Van Veen stelt duidelijk dat de stichting nog een ander doel heeft: de sociale cohesie van het dorp, Vinkega, in Zuidwest Friesland, te bevorderen.

De kerk
De Nederlands Hervormde kerk werd in 1899 gebouwd. Tot begin jaren zeventig werden er diensten gehouden, daarna werd de kerk tot 2003 bewoond door een kunstenares in ruil voor het wind- en waterdicht houden van het gebouw. De torenspits werd al in 1969 gesloopt: herstel was te duur.

In 2006 werd bekend gemaakt dat de graven rondom de kerk moesten worden geruimd omdat de kerk een woonbestemming zou krijgen. Dat schoot de Vinkega’ers in het verkeerde keelgat. Opstand! Niet met spandoeken en protestmarsen maar met petities en geraffineerd netwerken. Men kon de gemeente overtuigen de vergunning voor een woonbestemming niet te verlenen. De graven waren gered. Maar wat te doen met het kerkgebouw? Een stichting werd opgericht (Stichting Behoud Finckegae), de kerk, eigendom van de KPN-kerk, kon worden gekocht voor € 36.500,-. Het bedrag werd voornamelijk verzameld door de bewoners van Vinkega certificaten te verkopen van € 250,- per stuk. De begraafplaats was niet bij de koop inbegrepen, die werd pas later verworven (de stichting kreeg er geld op toe, omdat het onderhoud alleen maar geld kostte).

Het kerkgebouw was zacht gezegd niet meer in topvorm. Met man en macht en veel volhardendheid werd de restauratie aangepakt. De stichting wist een netwerk op te bouwen van vrijwilligers en vaklui. Overal vandaan werden subsidies losgepeuterd: de gemeente, de provincie, het Prins Bernhard Cultuurfonds en vele andere instellingen. Spectaculair was de opening van de kleine kelder – die leeg bleek te zijn. Het is nog steeds een mysterie waar die kelder voor gediend heeft.

Door een wonderlijk spel van toeval en goed zoeken, werd een torenspits met lantaarn gevonden, zelfs met de juiste maten. De welstandscommissie (Hûs en hiem) lag dwars, omdat de stijl van de toren niet bij het kerkgebouw past. Daar nam de stichting geen genoegen mee, en met succes: eind 2021 wordt-ie geplaatst. Van Veen zegt een paar keer met nadruk: “Met deze torenspits willen we iedereen bedanken die bij het behoud heeft geholpen!”

De kerk is inmiddels een gemeentelijk monument en fungeert als ‘multi-cultureel ontmoetingscentrum’, dus ook voor uitvaartbijeenkomsten.

De begraafplaats
De begraafplaats (de bestuurders gebruiken het woord ‘kerkhof’ niet) werd in 2001 gesloten. Vanaf 2016 werd begraven weer mogelijk. Op het moment van aanschaf had niemand binnen de stichting enig verstand van hoe een begraafplaats beheerd dient te worden. Aangemoedigd door de successen uit het verleden, wilden ze dit avontuur wel aangaan, gesteund door een flinke ploeg vrijwilligers. Het verwerven van het bijbehorende register had nog wat voeten in de aarde, tegenwoordig beschikt de stichting over een kopie. Op een paar graven rusten nog grafrechten, één graf heeft zelfs een eeuwigdurend grafrecht. Het oudste graf dateert uit 1917. Het is een kleine begraafplaats, met zo’n 150 graven, de nodige kennis en ervaring kan in alle rust worden opgedaan. Het verwerven van toestemming verliep soepel het is nu een algemene begraafplaats, bereikbaar over een pad tussen de huizen door. Er is ruimte voor één enkele rouwauto (voor invaliden is er een piepklein parkeerplaatsje). Er wordt uitsluitend 1 diep begraven. Tegenwoordig is de afwatering verbeterd, een dieper graf is mogelijk maar daar is nog geen vraag naar geweest. Informatie over kosten en regels werd in de omgeving opgehaald. De stichting brengt een handig informatieboekje uit met alle relevante informatie. Daarin staat onder andere dat een eeuwigdurend graf mogelijk is. ‘Eeuwig’ betekent volgens de dames dat alleen de familie kan besluiten tot ontruimen – daar is nog wel discussie over mogelijk. Een LOB-lidmaatschap zou absoluut kunnen helpen bij het uitvinden van hoe het een en ander (onder andere) juridisch in elkaar steekt, maar dat is nu te duur voor deze kleine begraafplaats.

De belangstelling is nog niet groot (tot nu toe één bijzettin en één reservering). In 2020 kwam er het verzoek om een verstrooiing, maar een strooiveld was er niet. Dat probleem werd binnen veertien dagen opgelost. Het veldje, zo’n tien vierkante meter groot, wordt verfraaid door een fraai kunstwerk, gemaakt en geschonken door kunstenares Til Festen. Er hebben inmiddels drie verstrooiingen plaatsgevonden.

De toekomst
De kleine begraafplaats kenmerkt zich door de gemoedelijke sfeer. Alles straalt rust uit, hier wordt nog de tijd genomen om alle wensen te bespreken. Over de toekomst wordt wel degelijk nagedacht, maar stap voor stap. Eerst de plaatsing van de toren. Daarna de exploitatie (het kerkgebouw is te huur voor allerlei doeleinden). En tenslotte natuurlijk de toekomst: wie neemt straks het stokje over? De dames maken zich er geen zorgen over. Er is voldoende jeugd in het dorp, het draagvlak is groot. Het komt wel goed met die toekomst. En de verdere toekomst? Ja, op de begraafplaats liggen familieleden. Jeannette van Veen vindt het nog te vroeg om een plek te reserveren (“je weet nooit hoe het loopt”); Hennie Bos wil elders begraven worden, naast haar overleden zoon.

De stichting en de begraafplaats heeft een bijzonder informatieve website: www.vinkega.info/begraafplaats-vinkega.

Hennie Bos (links) en Jeannette van Veen-Geurtsen. Foto: Bram Padmos

Beeld ‘De ontmoeting’ (2020) bij het strooiveld, geschonken door de maakster Til Festen. Foto: Bram Padmos

De beheerder
Gerdo Heite is de beheerder van de begraafplaats, zoals hij dat voor nog elf begraafplaatsen in Friesland is. En op nog eens tachtig andere begraafplaatsen delft hij de graven. Hij heeft een eenmansbedrijf. Hij opent en sluit graven, ruimt, zet as bij, renoveert en onderhoudt grafmonumenten, verzorgt schilder- en metselwerk, legt grind- of graspaden aan, plant en rooit bomen. Allemaal op begraafplaatsen. Hij doet dat al jaren, en heeft een schat aan kennis en ervaring opgebouwd. Stichting Behoud Finckegae is dan geen lid van de LOB, maar Heite leest elke twee maanden De Begraafplaats. “Ik krijg het vakblad altijd van Stichting Begraafplaats Noordwolde e.o.), waar ik ook het beheer voor doe, Noordwolde is LOB-lid.”

Fritsje. Foto: Anja Krabben

Fritsje
Deze grafsteen valt op, het is de enige met een foto. ‘Ter nagedachtenis / Onze lieveling / Fritsje’ staat er op de steen. Fritsje is slechts vier jaar geworden, hij is in 1936 overleden. Eronder staan de namen van de ouders, J.P. Prakken en A. Prakken Hospes, en: ‘Kinderen’.
Hennie Bos: “De Familie Prakken had in die tijd een kruidenierswinkel aan de Noordwolderweg 21 in Vinkega. Ze woonden dus vlak naast de begraafplaats. Mijn vader, ze waren buren van elkaar, heeft het verhaal dikwijls aan ons verteld. Het jongetje had een ketel kokend heet water van de kachel getrokken en over zich heen gekregen. Zijn hele lichaam was verbrand en hij is overleden. Het was in die tijd een hele trieste geschiedenis in het dorp.”
Bos geeft aan dat dit graf, en alle andere graven, zo lang mogelijk intact blijven. “Zolang dit uit ruimtegebrek niet nodig is, worden er geen graven geruimd op onze begraafplaats. We vinden het belangrijk dat een stuk geschiedenis van Vinkega bestaan blijft. Op de begraafplaats liggen vooral inwoners van Vinkega. We horen het ook vaak als men onze begraafplaats bezoekt: ‘Och kijk nu, het graf van opa of oma is er nog.’”