Pas op, een urnenmuur!

Wat hebben wij beheerders toch een wonderschone taak. Het in standhouden van die vele pareltjes van begraafplaatsen in Nederland. Bijzondere graven, torenhoge bomen, landschappelijke paden, mooie bermen, noem maar op. Het is toch steeds weer een genot om hier, lopend over deze landschappelijke hoogstandjes waar de historie over je heen buigt, te wandelen en tot rust te komen.

Pas op, een urnenmuur!

© Wim van Midwoud

Wat hebben wij beheerders toch een wonderschone taak. Het in standhouden van die vele pareltjes van begraafplaatsen in Nederland. Bijzondere graven, torenhoge bomen, landschappelijke paden, mooie bermen, noem maar op. Het is toch steeds weer een genot om hier, lopend over deze landschappelijke hoogstandjes waar de historie over je heen buigt, te wandelen en tot rust te komen.

Maar we hebben ook een verantwoordelijke taak. Laatst nog. Ik betrad een mij nog onbekende begraafplaats en meteen was ik in een andere wereld. Zingende vogels, een sfeervol pleintje, een prachtige kleine vijfhoekige aula uit de jaren twintig en een bloemrijk grasveld met hommels waarin enkele graftombes van vooraanstaande families de tand des tijds probeerden te trotseren. Een groene specht vloog op! Achter een oude meidoornhaag verscheen een groot rechthoekig grafvak. Ah, een beheerder met inzicht voert hier de scepter. Nieuwe ingetogen monumenten harmonieerden perfect met de oudere verweerde stenen. Ik naderde de achterkant van de begraafplaats, sloeg rechtsaf en stond plotseling op een grafvak met nieuwe stenen. U kent ze wel: griezelig glimmend gepolijst roze graniet uit Verweggistan. Daarnaast sneeuwwit marmer uitgevoerd in een onwaarschijnlijk eftelingmodel. Schreeuwende gaaien hier en de paniekroep van de merel. Natuurlijk, dit moet kunnen… maar niet overal. Deze beheerder snapt het helemaal. Even de adem inhouden en de pas erin. En ja hoor, even verderop achter de brede rododendrons keert de rust weer.
Maar wat is dat? Daar naast die oude barenloods. Ik kan het haast niet geloven. Is dat zo’n vreselijk smakeloze gewassen-grint-honingraat-urnenmuur? Ja, daar staat er weer één. De toch zo gemakkelijke dertien-in-een-dozijn-urnennissen die overal te plaatsen zijn door de grossierende betonboer. Hier zo’n vijftig gapende nissen, waarvan er vier zijn gevuld met een urn. “We moeten meedoen. Tegenwoordig laten plaatsgenoten zich soms cremeren en ook hen bieden wij, gastvrij als wij zijn, onderdak.” Mis. Ook de gecremeerde medemens heeft recht op enig gevoel van smaak en harmonie.

Bescheidenheid
Beheerders. Ben en blijf enthousiast en meelevend in uw werk. Maar realiseert u zich, de grond waarop u werkt is historisch. Deze begraafplaats kan niet zomaar iedere wisselende trend aan. Een inrichting die in menig tuintje niet zal misstaan is op een kerkhof als vloeken in de kerk! Velen zullen het met me eens zijn: heb respect voor de ouderdom. Doe waar u goed in bent: het beheren. Wees bescheiden waar u niet goed in bent: het ontwerpen.

Toch een urnentuin of -muur op uw begraafplaats? Laat dan eerst een erkend funerair deskundige en/of landschapsarchitect meekijken en een ontwerp maken. Dat wordt te kostbaar zegt u? Je wordt niet rijk van het exploiteren van een begraafplaats, dat is zeker waar. Het is al heel mooi om kostendekkend te werken. Vaak lukt dit niet eens zonder de inzet van vrijwilligers. Hulp van een deskundige kan duur zijn, maar dat hoeft niet. Een mooie, maar voor velen te luxe oplossing is een deskundige allereerst een inventarisatie en een historisch onderzoek te laten opstellen van het terrein. Met deze basis en een programma van wensen en eisen van de beheerder kan een eerste schetsontwerp en vervolgens een definitief ontwerp worden gemaakt. Vervolgens kan de ontwerper – of beter nog, een technisch bureau – het aanlegproces begeleiden. Deze werkwijze waarborgt een verantwoorde inpassing van een urnenmuur. En uiteraard ook van andere aanpassingen op de begraafplaats. Maar het kan natuurlijk ook eenvoudiger. Nodig een deskundige uit, vertel hem wat u wilt en laat hem binnen een beperkt aantal uren een schetsvoorstel doen. Voor 500 tot 1500 euro heeft u een globaal plan waarmee u naar een leverancier kunt gaan.

Ook de leverancier kan u natuurlijk helpen met het maken van een plan. Maar let op, een leverancier is – zwart-wit gezien – op de eerste plaats uit op een flinke omzet. Hoe meer nissen er aan u worden verkocht van het type met de hoogste winstmarge, des te beter dit is voor de omzet. Maar niet beter voor u. Scheiding tussen ontwerpbureau en leverancier leidt tot een beter resultaat. Maar ik weet het, een beheerder is een eigenwijze persoon en kan het allemaal zelf wel. Nou, ik heb mijn best gedaan als eigenwijze beheerder u te overtuigen van de genoemde werkwijze. Gaat het dan altijd fout zonder inschakeling van een deskundige? Niet altijd. Er bestaan ook leveranciers die zich naast het leveren van een goed product, zich ook verantwoordelijk voelen voor het plan.
     
Samenwerking
Memodes werkt al lange tijd samen met landschapsarchitecte Ada Wille. Uit dit samenwerkingsverband zijn al een aantal fraaie oplossingen ontstaan. “Nabestaanden kiezen bewust voor een eigen plek voor een urn; men wil gedenken,” zegt Hans van Doorn van Memodes. Na crematie heeft de nabestaande een keuze in tegenstelling tot begraven; men mag de overledene meenemen naar huis. Doet men dit niet en zoekt men een plek in een urnentuin of -muur, dan is dit een bewuste keuze. Men verwacht dan ook kwaliteit en vooral ook een uitstraling van het gebied dat aanspreekt, waar men zich gezien de omstandigheden toch prettig voelt. Een goede samenwerking tussen beheerder, leverancier en ontwerper is zeer belangrijk. “Let vooral ook op de afmeting van de nissen. Regelmatig zijn deze klein, waardoor het voor kan komen dat niet iedere sierurn geplaatst kan worden,” volgens Van Doorn. “Ook het materiaalgebruik is belangrijk. Metaal kan heet worden op een zomerse dag. Een betonproduct, al of niet met een steentoeslag, in een gladde uitvoering verdient mijn voorkeur.”

Sinds kort heeft ook het bedrijf DenBoerEconorm een leveringsprogramma op het gebied van urnenzuilen, en -wanden: DBE Labuan. De roots van DenBoerEconorm liggen bij de milieusystemen: opslag- en afvalcontainers met een vriendelijk uiterlijk in het straatbeeld. Het kenmerkende van het DBE Labuan-systeem is de schakelbaarheid en daardoor de mogelijkheid tot gefaseerde aanleg van urnennissen. Volgens directeur Ton Vermey is dit concept om die redenen vrij gemakkelijk in te passen in een bestaande situatie. Er kan kleinschalig worden gestart, waardoor beheerders met een klein budget ook goede mogelijkheden hebben. Een samenwerkingsverband met een landschapsdeskundige is er niet. Wel kan daar natuurlijk altijd aan mee worden gewerkt.

Een oude bekende is Van den Ban. Hans Boer laat de inrichting over aan het ambitieniveau van de opdrachtgever. Afhankelijk van de grootte van het project wordt samengewerkt met een architect. Vaak is het toch een geldkwestie. Ook Van den Ban heeft zelf geen samenwerkingsverband met ontwerpers, maar heeft wel veel ervaringen op dit gebied opgedaan. Met deze werkwijze zijn al veel mooie resultaten geboekt. Een groot arsenaal aan typen en varianten heeft Van den Ban tot zijn beschikking, waardoor maatwerk goed realiseerbaar is.

Sinds kort beweegt ook Euro Natuursteen zich in deze markt. Eerder genoemde leveranciers werken vooral met betonproducten waarbij de kwalificatie Deutsche Grundlichkeit niet misstaat. Euro Natuursteen gooit het over een andere boeg. Zij importeren de diverse modellen uit China. De producten bestaan volledig uit graniet en hebben daardoor een andere uitstraling. Initiatiefnemer en meestersteenhouwer Jan Eijgelaar laat het ontwerpwerk in principe over aan de opdrachtgever. Wel werkt hij vaak samen met een tekenaar die ontwerpen zeer realistisch in het terrein photoshopt, waardoor al een goed beeld kan worden verkregen van de situatie na aanleg.

Voorfinanciering
Vrijwel alle leveranciers bieden een mogelijkheid tot voorfinancieren aan de opdrachtgever. Men betaalt pas een deel van de investering nadat de beheerder een nis verhuurt. Of men betaalt bijvoorbeeld binnen een periode van acht jaar. Vele mogelijkheden om de armlastige beheerder, die geen rekening heeft gehouden met deze kostenpost, tegemoet te treden. Afhankelijk van de gekozen aanbieding kan het interessant zijn om op zo’n aanbieding in te gaan.

Kortom, bezint eer u begint. Er zijn veel mogelijkheden en even zoveel valkuilen. Voor ieder vraagstuk is een goede oplossing. Nu nog even de juiste keuze maken. Heb ik u over de inrichting aan het denken gezet? Dan is mijn missie geslaagd.

Wim van Midwoud belicht de techniek op begraafplaatsen. Nieuwe ontwikkelingen op het gebied van machines, gereedschap, materialen en beplantingen zullen aan de orde komen. Belangrijke, steeds terugkomende vragen hierbij zullen zijn: wat schiet de beheerder, de boekhouder en het milieu op met dit product? Heeft u vragen, op- of aanmerkingen of heeft u tips voor deze rubriek? Mail naar: wp.vanmidwoud@quicknet.nl.