Groen Haaksbergen

De hervormde begraafplaats in Haaksbergen ligt net buiten het dorp, aan de Buursestraat, en is mooi groen. Er is nog zoveel ruimte dat ruimen nog lang niet aan de orde is. Vrijheid in grafkeuze en ruimte voor de natuur zijn hier een groot goed.

Groen Haaksbergen

© Pauline Prior

De hervormde begraafplaats in Haaksbergen ligt net buiten het dorp, aan de Buursestraat, en is mooi groen. Er is nog zoveel ruimte dat ruimen nog lang niet aan de orde is. Vrijheid in grafkeuze en ruimte voor de natuur zijn hier een groot goed.

Vanaf de oprijlaan heb je vanwege hetvele groen nog geen zicht op de graven. Maar ook de graven zijn vaak verstopt in het groen. Midden in de rododendrons
ligt het graf van dominee Van Krieken. Er zijn wat vakken ingedeeld, maar echt ordelijk oogt het hier niet. Mossen groeien overal, de graven zijn ruim opgezet, er wordt maar één diep begraven. Een graf wordt aangeboden voor minimaal 30 jaar en kan verlengd worden tot maximaal 60 jaar. Bij de laatste telling werden 1.298 graven geteld. Graven waarvan de termijn is verstreken liggen nog her en der verspreid en zijn soms zo goed als uit het zicht verdwenen door de omhoog geschoten beplanting.
Het beheer, of preciezer gezegd het onderhoud is in handen van de Stichting Hervormde begraafplaats Haaksbergen; de overige werkzaamheden worden gedaan door Jannie de Greef, uitvaartbegeleidster in Haaksbergen. De Greef: “Het is een mooi terrein, laatst stonden er hier drie reeën me op te wachten. Er zijn veel eekhoorns, konijnen en vogels. Ook vond ik laatst een dode, door jagers aangeschoten vos hier, hij had zich nog net naar de begraafplaats weten te slepen.” De Greef leidt mensen rond bij het uitzoeken van een graf en doet de administratie van de begraafplaats. “Ook ben ik degene die het hek openmaakt voor de vrouw die met haar rolstoel niet door de voetgangersingang past. Een sleutel van het hek geven we niet, ook al houdt dat in dat ik elke maand het hek voor haar moet openen en sluiten.”


Traditie

Haaksbergen is een dorp met een overwegend rooms-katholieke bevolking. Er overlijden per jaar ongeveer 150 mensen, waarvan de meesten zich laten cremeren, vertelt De Greef. “Op de Algemene begraafplaats, waar ook een katholiek gedeelte is, worden ongeveer vijftien overledenen per jaar begraven en wij mogen aan de andere vijftien de laatste eer bewijzen. Enschede ligt vlakbij, ookdaar zijn twee begraafplaatsen en een crematorium. Op onze begraafplaats is iedereen welkom, wat voor geloof je ook hebt. Vrijheid is een groot goed. Tukkers zijn fantastisch als buren, het noaberschap leeft hier echt, dat merk je bij een begrafenis. Iedereen helpt vanzelfsprekend mee. Dat zorgt ervoor dat mensen zich bezig kunnen houden met rouwen en niet met allerlei kleine klusjes, zoals eten koken of koffie zetten. Dragers zijn ook meestal mensen uit de gemeenschap. Er wordt ook altijd een koffietafel na de begrafenis georganiseerd, want de traditie wil dat bij geboorte en overlijden een stuk krentenwegge (Twentse krentenbrood, red.) wordt gegeten. Het enige verschil met vroeger is dat er per auto vanaf de kerk naar de begraafplaats wordt gereden en niet meer met karren.”

De begraafplaats wordt ecologisch beheerd. De Greef: “Uit respect voor de natuur. Het gebied om de begraafplaats heen is ook cultuurhistorisch bekend vanwege het veengebied; er komen veel toeristen op af om er lekker doorheen te fietsen of te wandelen.” Ecologisch is niet hetzelfde als verwaarlozing, aldus De Greef. “Ecologisch beheren is verwildering van de natuur zonder al te veel ingrijpen van de mens. We hebben discussie binnen het bestuur wat dat precies inhoudt. Bijvoorbeeld over welke eik we zouden nemen, een gewone of een Amerikaanse eik. Het is de Amerikaanse geworden, omdat deze sneller groeit en het blad meer zuurstof vrijgeeft. Bovendien is de boom minder bevattelijk voor ziekte. Ook is ereen discussie geweest over het plaatsen van een stalen graf. Paste dat wel in onze doelstelling? Maar het graf kwam er – zo streng zijn we dan ook weer niet.”


Geschiedenis

Om tegemoet te komen aan het verbod van begraven in de bebouwde kom, volgens een verordening uit begin 19e eeuw (tot die tijd werd rond de kerk begraven), werd door de gemeente Haaksbergen in 1828 een perceel grond aangeschaft aan de Enschedesestraat. Dat werd de Algemene begraafplaats. Deze werd in tweeën gedeeld: er kwam ook een katholiek en een hervormd gedeelte, zodat een ieder bij zijn eigen geloofsgenoten begraven kon worden. In 1901 schonk de Haaksbergse mejuffrouw Wiedenbroek het belendende perceel aan het kerkbestuur van de Pancratiusparochie. Dit terrein werd ingericht als RK begraafplaats en door de schenking werd het RK gedeelte van de algemene begraafplaats een stuk groter. In 1899 verzocht dominee C. Hille Ris Lambers om het protestantse gedeelte van de Algemene begraafplaats af te staan aan de Nederlands Hervormde Gemeente. Dit
verzoek werd door het gemeentebestuur afgewezen omdat men één begraafplaats wilde houden, mét het scheidingspad. Wel wilde de gemeente het ‘protestantse’ gedeelte ophogen met zand. Eind jaren veertig, begin jaren vijftig werd de roep uit de Hervormde Gemeente om een eigen begraafplaats steeds sterker, ook al omdat duidelijk was dat de plek aan de Enschedesestraat eens geruimd zou worden. Het was er nat en vies en het perceel raakte vol. Bovendien lag het te dicht bij het centrum van het dorp. Het algemene ‘protestantse’ deel werd het eerst gesloten voor gebruik. Inmiddels is ook het rooms-katholieke deel gesloten; dit wordt alleen nog gebruikt voor het begraven van een overledene in een bestaand graf.
Onder leiding van kerkvoogd Hendrik Leppink en kerkelijk ontvanger Jac. Meinderink werd in 1956 aan de Buurserstraat een Hervormde Begraafplaats gesticht. Leppink was een van de eersten die er begraven werd. Ook dominee Van Krieken vond er zijn laatste rustplaats, samen met velen van zijn gemeenteleden. De begraafplaats is ondergebracht in de ‘Stichting Hervormde Begraafplaats’.