Liefde, lust en de dood

Begraafplaatsen zou je uitingen van liefde kunnen noemen. Maar heel soms steekt ook lust de kop op. Een klein overzicht van uitingen van lust en liefde (tot in de dood) op de begraafplaats.

Liefde, lust en de dood

© Anja Krabben

Begraafplaatsen zou je uitingen van liefde kunnen noemen. Maar heel soms steekt ook lust de kop op. Een klein overzicht van uitingen van lust en liefde (tot in de dood) op de begraafplaats.

Seks
Seks en dood hebben overeenkomsten en gaan soms samen. Het orgasme wordt ook wel ‘la petite mort’ genoemd, de kleine dood. En in de tijd toen de dood vooral nog taboe was, niet eens zo lang geleden dus, sprak men ook wel van ‘de pornografie van de dood’, waarmee de spreker wilde aangeven dat seks en dood twee onderwerpen waren waar men maar beter niet te openlijk over sprak. Een abonnee van Doodgewoon (tijdschrift over de dood dat bestond van 1994 tot 2001) schreef ooit aan de redactie: ‘Ik ben blij dat uw blad in een bruine envelop komt, zo hoeft de postbode niet te zien dat ik een blad over de dood ontvang.’ Inderdaad, alsof het om een pornoblaadje ging. Er is wat veranderd, want De Begraafplaats wordt open en trots in een plastic, doorzichtige envelop verstuurd.

Seks en dood die samengaan is daarentegen (gelukkig maar?) nog wel degelijk een taboe. Necrofilie wordt door weinig mensen geaccepteerd, is in de meeste landen strafbaar en wordt als afwijking beschouwd. De keerzijde daarvan is dat er ook nauwelijks onderzoek is gedaan naar de mate waarin necrofilie voorkomt. Het is niet raar te veronderstellen dat vooral onder uitvaartondernemers, en wellicht ook een enkele begraafplaatsbeheerder, een overgrote vertegenwoordiging van necrofielen te vinden moet zijn; het is de perfecte baan om je morbide liefde in het geheim uit te leven.

Ook als er weer eens een liefdespaar letterlijk op (de) hete(r)daad is gesnapt op een begraafplaats is de verontwaardiging groot. Hoewel de berichten die dan in de krant verschijnen ook van een hoog humoristisch gehalte zijn. ‘Vrouw gewond door vallende grafsteen tijdens seks op kerkhof,’ kopte een Engelse krant in juni van dit jaar. Het lijkt wel alsof de verslaggever zelf ook wat opgewonden raakte: ‘Een blijkbaar onstuimig geil potje seks op een begraafplaats in New Jersey is voor een 39-jarige vrouw in het hospitaal geëindigd. Tijdens de vleselijke uitspatting is blijkbaar een grafsteen omgevallen waarbij de vrouw gewond raakte.’

Maar pas op, de wraak van nabestaanden kan vreselijk zijn als je wordt betrapt op het graf van een geliefde, zo blijkt uit een – wederom – Engels geval uit 2009: ‘Een Britse tiener heeft een levenslange gevangenisstraf gekregen voor de moord op een man die seks had op het kerkhof waar zijn grootouders begraven liggen.’

Erotiek
Toch is seks op de begraafplaats van oudsher een heel gewone bezigheid. In de Middeleeuwen was het kerkhof een sociaal drukke plek. Kerkhoven lagen bij de kerk, die meestal in het centrum van de stad stond. Mensen ontmoetten elkaar hier, er werd gegokt, gedronken en gevreeën.

In Amsterdam zijn deze praktijken voortgezet op het Oudekerksplein in het hartje van de stad, tevens hart van de Wallen. Hier lag tot 1655 rond de 14e eeuwse Oude Kerk het kerkhof. Op het plein waar eeuwenlang is begraven wordt nu druk de ‘liefde bedreven’. Er staan twee kunstwerken op het plein die de betaalde liefde en vooral de prostituees eren, die al eeuwen in dit gebied actief zijn. Het een is een bronzen beeld, ‘Belle’ genaamd, uit 2007. En sinds februari 1993 ligt in het plaveisel van het plein een bronzen reliëf van twee borsten en een hand, die een van de borsten vasthoudt. Het kunstwerk, dat de naam ‘Borstplaat’ kreeg, is waarschijnlijk gemaakt door De Onbekende Beeldhouwer, een kunstenaar die op diverse plaatsen in de stad zijn beelden heeft neergezet en anoniem wil blijven. Een derde beeld, een die de vele doden herdenkt die hier ooit hun laatste rustplaats vonden, zou niet misstaan.
Zijn seksuele handelingen er niet gewenst, toch is erotiek volop te vinden op Europese begraafplaatsen. Vooral uit eind 19e en begin 20ste eeuw zijn er veel erotische en zelfs wellustige beelden te vinden op de begraafplaatsen, met name naakte vrouwen in houdingen die weinig aan de verbeelding overlaten. Het heeft enkele prachtige fotoboeken opgeleverd; het bekendst zijn die van de Duitse fotografe Isolde Ohlbaum. Denn alle Lust will Ewigkeit heet een van haar boeken. Maar ook de Franse fotograaf André Chabot heeft in het fotoboek Érotique dus cimetière uit 1978 veel funeraire wulpsheid op de gevoelige plaat vastgelegd.

LOB De begraafplaats 2011-12Het graf van de journalist Victor Noir (1848-1870) op Père Lachaise is een vruchtbaarheidssymbool. Noir werd op 21-jarige leeftijd doodgeschoten door prins Pierre Bonaparte (een achterneef van keizer Napoleon) vanwege beledigingen in een Corsicaanse krant aan het adres van de keizer. Bonaparte eiste een duel. Het is een erg ongelukkige dood, want feitelijk was Noir slechts de secondant van de beledigende partij. Noir is levensgroot in koper uitgebeeld, liggend op zijn graf in kostuum. Zijn geslacht is prominent aanwezig in zijn broek, omdat dit deel van het lichaam als enige niet groen is uitgeslagen maar glanst als pas gepoetst koper. Het stenen geslachtsdeel is (en wordt) door menig bezoekster gestreeld; het verhaal gaat dat deze wellustige handeling de vruchtbaarheid ten goede zal komen.

Liefde
Liefde is volop te vinden op begraafplaatsen. Liefde tussen echtelieden, tussen ouders en kinderen, tussen familie en vrienden. Je zou kunnen zeggen dat elk graf een uiting van liefde is en een begraafplaats dé plek waar mensen getuigen van hun liefde voor andere mensen.
Er zijn uiteraard opvallende hoogtepunten op dat gebied. Als Nederlands voorbeeld komen we er niet onderuit, ook al zouden we dat willen, het overbekende en vaak genoemde ‘graf met de handjes’ te noemen op Het Oude Kerkhof te Roermond. Het stamt uit een tijd dat katholieken en protestanten niet op hetzelfde kerkhof begraven mochten worden. In Roermond is het katholieke deel van het protestante deel gescheiden door een hoge muur. De beide echtelieden uit een gemengd huwelijk wilden echter na de dood niet gescheiden worden en kwamen op een creatief idee: over de muur houden een forse mannenhand en een tere vrouwenhand elkaar vast.

Ontroerend is het breedsprakige grafschrift op een steen op begraafplaats Borger: God! Hoe jong was nog haar spruitje Heer – Hoe kort nog onzen echt – nog pas 15 maand vereenigd, voert gij haar reeds van mij weg – O! wat valt het zwaar te dragen om de schoonste bloem der gaarde – zoo op eens te zien verdwijnen – Lieve vader geef mij kracht – rust dan zacht geliefde vrouwe – in deez engen somber kluis – zalig zal het weerzien wezen – in het eeuwig vaderhuis.

Op Père Lachaise in Parijs staat het graf van twee mensen die samen een wereldberoemde liefdesgeschiedenis meemaakten: de priester-wetenschapper Abélard die verliefd werd op zijn jonge leerlinge Heloïse en daar ook uiting aan gaf. Wat volgde nadat deze verboden liefde bekend werd, was onder andere een zwangerschap, een castratie en uiteindelijk een bittere scheiding. Heloïse werd non, Abélard monnik in Saint-Denis bij Parijs. Ze bleven elkaar hartstochtelijke brieven sturen, die nu wereldberoemd zijn geworden.
De omzwervingen die hun lichamen na hun dood maakten (respectievelijk in 1142 en 1164) zijn een verhaal apart, maar uiteindelijk werd hun laatste rustplaats een semi-12e eeuwse monument in Parijs.

En wat te denken van de graven van echtparen waarbij de man – meestal is het de man en niet andersom – al is overleden en de vrouw nog springlevend is, maar wier naam en geboortejaar wel al op de steen staan gegraveerd? Is dit liefde of regeert hier de man tot over het graf? Het doet denken aan de praktijk van de weduwenverbranding die vroeger plaatsvond in India en Indonesië en waarbij de weduwe om het leven werd gebracht of in verdoofde toestand samen met het lichaam van haar echtgenoot werd verbrand. In India heette dit ‘sati’, wat ‘deugdzame vrouw’ betekent.

Tijdens een bezoek aan de tentoonstelling ‘Afterlife’ op De Nieuwe Ooster in Amsterdam stuitte ik op een graf dat al van ver opviel door de grote witte lelies die om het graf stonden. Verse lelies, die er net waren neergezet, vermoedelijk op Allerzielen. Een opvallende uiting van de liefde van een man voor zijn overleden vrouw, die zich zelfs echter uitstrekte tot de buurgraven. Ook daar had hij enkele lelies geplaatst.

Als we de waarde van begraafplaatsen aan anderen willen duidelijk maken, dan hebben we het over de begraafplaats als groene plek, of als cultuur-historisch stenen archief van een gemeente. Maar laten we niet vergeten dat het óók en vooral plekken van liefde zijn.