Rechter: reglement moet direct worden afgegeven

In dit blad is de afgelopen jaren al vaker gesteld dat kerkelijke begraafplaatsen hun beheersreglement vr de begrafenis in een nieuw graf aan de rechthebbende ter hand moeten stellen. Het later toezenden maakt het ongeldig. De rechter heeft dat onlangs bevestigd. Mr. Willem van der Putten schetst het probleem en doet voorstellen om het op te lossen.

Rechter: reglement moet direct worden afgegeven

© Mr. W.G.H.M. van der Putten

In dit blad is de afgelopen jaren al vaker gesteld dat kerkelijke begraafplaatsen hun beheersreglement vr de begrafenis in een nieuw graf aan de rechthebbende ter hand moeten stellen. Het later toezenden maakt het ongeldig. De rechter heeft dat onlangs bevestigd. Mr. Willem van der Putten schetst het probleem en doet voorstellen om het op te lossen.

Begin januari 2007 wordt een man op een parochiebegraafplaats ter aarde besteld. Tussen het graf en het buurgraf was enige extra ruimte, die later gelijkelijk aan beide graven werd toebedeeld. Het stoffelijk overschot van de man lag daardoor in de beleving van de nabestaanden niet meer in het midden van het graf en niet recht onder het grafmonument. De nabestaanden vroegen de parochie medewerking te verlenen aan het opschuiven van de kist, zodat deze recht in het midden zou staan. De parochie weigerde dit, met een beroep op de grafrust. De weduwe liet op het een rechtszaak aankomen en kreeg van de rechter haar zin.
De nabestaanden stelden dat op 7 januari 2007, tijdens het uitzoeken van de locatie van het graf, met de parochie de afspraak was gemaakt dat het graf iets verbreed zou worden, omdat een naastliggend smal tegelpad verwijderd zou worden. De parochie ontkende later deze afspraak, onder andere met een beroep op haar reglement.

De rechtbank boog zich eerst over de vraag of het reglement van de begraafplaats toepasselijk was. Deze vraag beantwoordde de rechtbank ontkennend, indien en voor zover het reglement gekwalificeerd diende te worden als algemene voorwaarden in de zin van het Burgerlijk Wetboek. Het reglement was door de parochie pas 26 januari 2007, samen met de factuur, aan de weduwe toegezonden. Derhalve pas nadat op 7 januari tussen partijen de (mondelinge) overeenkomst inzake de uitgifte van het graf was gesloten (die later in een schriftelijk document zou worden vastgelegd). Het reglement maakte daarom geen deel uit van de tussen partijen gesloten overeenkomst. Voor algemene voorwaarden geldt het wettelijk voorschrift dat deze bekend moeten zijn op het moment van het sluiten van een overeenkomst. De parochie had ze dus op 7 januari moeten overhandigen. De parochie verweerde zich nog door op te merken dat de weduwe bestuurslid was van een andere parochie in dezelfde gemeente, maar naar de mening van de rechtbank kon daar niet uit worden afgeleid dat zij bekend was met het reglement. De parochie stelde ook dat het reglement geplaatst was in een mededelingenkastje op het kerkhof, maar dat werd door de weduwe weersproken. Ook de stelling van de parochie dat algemeen bekend is dat op begraafplaatsen regels worden gehanteerd, achtte de rechtbank onvoldoende om de toepasselijkheid van het reglement bij de tussen partijen gesloten overeenkomst over de uitgifte van het graf aan te nemen. Kortom: het reglement had direct in het eerste contact overhandigd moeten worden.

De rechtbank nam een ander standpunt in waar het betrof de voorschriften voor de plaatsing van het grafmonument. De weduwe wenste een omkadering van het graf, in afwijking van de voorgeschreven maten, maar maakte die wens pas na 26 januari 2007 bekend. De rechtbank achtte haar op dit punt wel gebonden aan het reglement, omdat zij vanaf die datum bekend was met de geldende regels.

Alleen voor bijzondere begraafplaatsen
In dit blad is al jarenlang gewaarschuwd dat houders van kerkelijke en andere bijzondere begraafplaatsen er voor moeten zorgen dat alle toepasselijke regels op het moment van de uitgifte van een nieuw graf bij de rechthebbende bekend zijn. Dat is wettelijk voorschrift. Het achteraf toezenden, samen met een factuur of samen met een grafbrief of grafakte, volstaat niet. Gemeentelijke begraafplaatsen hebben hier overigens geen last van, omdat deze regel in het Burgerlijk Wetboek alleen van toepassing is op civielrechtelijke overeenkomsten. De verordeningen van gemeenten zijn altijd al openbaar en daarmee van toepassing. Grafuitgiften door gemeenten zijn geen civielrechtelijke overeenkomsten.

Het (tijdig) toesturen van het reglement is trouwens iets dat niet alleen speelt bij een nieuw graf, maar ook als de rechten van een bestaand graf worden overgeschreven op een nieuwe rechthebbende. Het in de administratie noteren van de naam van de nieuwe rechthebbende bindt deze persoon niet. Er moet een nieuwe schriftelijke overeenkomst komen, in tweevoud, die de nieuwe rechthebbende bindt. Daarbij moet er rekening mee worden gehouden dat de oude rechten van het graf blijven zoals ze waren, ook als er in een reglement nieuwe voorwaarden zijn opgenomen. De nieuwe voorwaarden gelden pas op het moment dat grafrechten worden verlengd, niet als de grafrechten worden overgeschreven op naam van een ander. Bij het overschrijven van de rechten moet het reglement ook mee worden gestuurd. Dat hoeft niet per se op de datum waarop de rechten overgaan (vaak met terugwerkende kracht vanaf de datum van overlijden van de vorige rechthebbende), maar kan gewoon met de grafakte.

Oplossingen
Hoe zorgt u als kerkelijke begraafplaatshouder er voor dat het reglement en de regels voor grafmonumenten tijdig beschikbaar zijn? Er zijn verschillende mogelijkheden.
De eerste mogelijkheid is om ze persoonlijk aan nabestaanden te overhandigen, als die de locatie van een graf komen uitzoeken.

De tweede mogelijkheid is om alle uitvaartondernemingen in de buurt aan te schrijven, een stapeltje reglementen en voorschriften mee te sturen en hen op het hart te drukken om deze te overhandigen zodra nabestaanden overwegen om iemand op de begraafplaats te laten begraven. En hen te vragen om een seintje te geven als de voorraad op is; u stuurt dan graag weer een nieuw stapeltje. U bewaart de afschriften van deze brieven goed; ze dienen als bewijs dat u uw best hebt gedaan om nabestaanden tijdig te informeren, als er later ooit een probleem ontstaat.

De derde mogelijkheid is om het reglement op de begraafplaats op te hangen in een mededelingenkastje. In het geval van deze rechtszaak vond de rechter dat onvoldoende, ook omdat het werd betwist. Het is verstandig om foto’s te maken, waarmee u later zonodig kunt aantonen dat het er wel hing.

De vierde mogelijkheid is om het reglement en de voorschriften op internet te publiceren. Veel kerkgenootschappen hebben een eigen site; het is verstandig een deel van de site te wijden aan het kerkhof, het volledige reglement, de voorschriften voor monumenten en ook de tarieven. Als het lokale kerkgenootschap geen eigen site heeft, is een eigen site alleen voor de begraafplaats te overwegen. Dat is tegenwoordig niet duur en ingewikkeld meer. Wellicht kan ook worden aangehaakt op bestaande uitvaartsites.

Voorts is het verstandig om in een artikel in het parochie- of kerkblad aandacht te schenken aan deze materie. Uit te leggen welke regels van toepassing zijn, waar ze te vinden zijn en melden dat iedere belanghebbende altijd een gratis exemplaar kan verkrijgen.

Het vonnis van 18 juni 2008 van de rechtbank Roermond zal worden opgenomen in het Thematisch Handboek Lijkbezorging (losbladige uitgave SDU). Heeft uw begraafplaats de laatste jaren ook een rechtszaak moeten voeren? Stuur het vonnis naar de redactie van dit blad; wellicht kan het ook worden besproken.